Tuinarchitect, landschapsarchitect of tuin- en landschapsarchitect, de drie termen worden door elkaar gebruikt. Maar wat is juist het verschil tussen tuin en landschap? En ís er eigenlijk wel een verschil?
Laat ons beginnen met landschap. Daarvan denken we vaak dat het natuurlijk is, maar dat is het niet. Het oorspronkelijk natuurlijk landschap dateert van voor de menselijke invloed. Vlaanderen bestond toen uit dichte bossen, moerassen, heidevelden en rivieren. Vanaf de Romeinse tijd liet de mens sporen achter in de vorm van wegen, bruggen, landbouw en de eerste stedelijke kernen.
Het verder innemen van het landschap ging crescendo vanaf de middeleeuwen, met enorme ontbossingen die hout moesten opleveren voor een groeiende bevolking. Vanaf de Industriële Revolutie stond er geen rem meer op de verstedelijking en de uitbouw van verkeersinfrastructuur, wat het landschap voorgoed herschapen heeft. Het is pas sinds de laatste decennia dat er aandacht is voor het herstellen van natuur en natuurlijke landschappen.
Een omheinde ‘tuun’ vanaf de Middeleeuwen
Het begrip ‘tuin’ duikt op vanaf de tiende eeuw. ‘Tuun’ ontstaat dan als Middelnederlands woord voor ‘vlechtwerk van teen, omheining, omheinde ruimte’. Met ‘teen’ worden wilgentenen bedoeld, de waterloten van wilgen die gebruikt worden voor vlechtwerk. Een tuin werd dus van meet af aan beschouwd als een afgesloten ruimte.
Toch reageert een goed ontwerp van een tuin in principe altijd op het omgevende landschap. Ofwel door erop in te spelen en de troeven van het landschap te accentueren of door het net te gaan verstoppen of er een contrast tegenover te zetten.
De geest van een plek
Een belangrijk begrip in tuin- en landschapsarchitectuur is de genius loci oftewel de geest van een plaats. Wanneer een ontwerp inspeelt op de eigenheid van de locatie, zal het altijd als sterker, juister, harmonieuzer aanvoelen.
Helaas zien we in Vlaanderen ook veel zogenaamde postzegelontwerpen. Tuinontwerpen die volledig los staan van hun landschappelijke context en geen ecologische of ruimtelijke relaties aangaan met de omgeving.
Enorm potentieel private tuinen
Een enorm potentieel dat vandaag nog verloren gaat. Op de Tuinenkaart Vlaanderen van KU Leuven zien we dat er in Vlaanderen er 2,5 miljoen tuinpercelen zijn, die samen 12% van de totale ruimte innemen. Dat is meer dan natuurgebieden (3%) en bossen (11%). Om dat potentieel beter te kunnen benutten, is er sinds 2020 de Green Deal Natuurlijke Tuinen, een initiatief van kenniscentrum tuin+, ondertekend door de Vlaamse minister van Natuur en in samenwerking met de brede Vlaamse tuinsector.
Vandaag bezinnen tuin- en landschapsarchitecten zich steeds meer over de rol van de tuin in het landschap. “De gezamenlijke betekenis van private tuinen kan enorm zijn in het licht van klimaat en biodiversiteit”, schrijft Valerie Dewaelheyns van Klimaattuiniers (KU Leuven) in het jaarboek ‘Het landschap als meester’ van vzw Blikveld, de vakvereniging van tuin- en landschapsarchitecten. “Tuinen kunnen ons beschermen tegen droogte, wateroverlast, hitte en het verlies van biodiversiteit. Ze dragen bij aan onze fysieke en mentale gezondheid. Ze vormen een brug tussen mens en natuur.”
Een goed ontwerp van een tuin reageert altijd op het omgevende landschap